Onderzoeksbeschrijving Gebruik bijdrageplichtige Wlz-zorg

Doel: Het samenstellen van cijfers over personen van 18 jaar of ouder die in het verslagjaar of op de peildatum gebruik maken van zorg gefinancierd uit de Wet langdurige zorg (Wlz).

De gebruikcijfers hebben betrekking op zowel zorg in natura als zorg die bekostigd is uit persoonsgebonden budgetten waarvoor een eigen bijdrage betaald moet worden. Naast cijfers over het aantal personen dat gebruik maakt van genoemde zorg worden ook cijfers over de zorgdagen in verslagjaar samengesteld.

Wat behelst het onderzoek

Nadere toelichting

Voor zorg gefinancierd uit de Wlz bestaan verschillende leveringsvormen. Wlz-zorg kan aan personen als zorg in natura (zin) worden geleverd of bekostigd worden uit een persoonsgebonden budget (pgb). Onder zin valt zorg met verblijf, dit is zorg voor personen die verblijven in bijvoorbeeld een verpleeghuis of verzorgingshuis, een instelling voor gehandicapten of een instelling voor personen met langdurige psychische problemen. Daarnaast valt onder zin ook het volledig pakket thuis (zin vpt) en het modulair pakket thuis (zin mpt).

Bij het vpt krijgen personen thuis de zorg en dienstverlening (waaronder huishoudelijke verzorging en maaltijdvoorziening) die ze anders in een instelling zouden krijgen. Bij het mpt kunnen personen kiezen om bepaalde delen (modules) van het zorgpakket als zorg in natura thuis geleverd te krijgen.

Deze zorg kan uit de volgende onderdelen bestaan:

  • Verpleging.
  • Persoonlijke verzorging.
  • Begeleiding.
  • Wlz-behandeling.
  • Vervoer naar behandeling en/of begeleiding.

Onder Wlz-zorg pgb valt Wlz-zorg die personen bekostigen uit een pgb. Zorg die in de combinatie modulair pakket thuis en persoonsgebonden budget is afgenomen is opgenomen in de categorie 'Totaal combinatie mpt/pgb' en ter voorkoming van dubbeltellingen niet in de categorieën 'Persoonsgebonden budget' en 'Totaal zorg in natura'. Vanaf 2017 wordt daarnaast de zorg bepaald die is afgenomen in de combinatie verblijf en pgb of vpt en pgb. Bovengenoemde combinaties zijn tezamen opgenomen in de categorie ‘Totaal combinatie zin/pgb’.

Het gaat om gebruik van bijdrageplichtige Wlz-zorg, zoals dat geregistreerd wordt door het CAK. Zowel bij zorg in natura als zorg bekostigd uit het pgb geldt dat personen die de zorg ontvangen daarvoor een eigen bijdrage moeten betalen. Personen onder de 18 jaar hoeven geen eigen bijdrage te betalen.

Indeling en uitsplitsingen

Er worden gegevens gepubliceerd over gebruik. De cijfers worden uitgesplitst naar zorginhoudelijke kenmerken zoals leveringsvorm zorg en zorgzwaartepakket, demografische kenmerken en regionale kenmerken.

Bij leveringsvorm mpt wordt geen zorgzwaartepakket geregistreerd. Personen met leveringsvorm mpt zijn in de tabel terug te vinden bij Zorgzwaartepakket: ‘Geen zorgzwaartepakket (zzp)’.

Doelpopulatie

Personen van 18 jaar of ouder die in het verslagjaar of op de peildatum bijdrageplichtige Wlz-zorg hebben gebruikt.

Hieronder vallen ook personen die Wlz-indiceerbaar zijn. Dit zijn Personen met een AWBZ-indicatie voor zorg zonder verblijf, die vermoedelijk vanaf 2015 in aanmerking komen voor Wlz-zorg. Het gaat om personen met zorg met de volgende kenmerken:

  • Meer dan 18 dagdelen zorg per week.
  • Intensieve kindzorg bij meervoudig complexe beperking.
  • Minimaal 8 dagdelen behandeling groep (grondslag verstandelijke handicap).
  • Kortdurend verblijf.
  • Individuele zorg van 25 uur of meer per week (grondslag lichamelijke handicap).
  • Individueel verpleegkundig toezicht thuisbeademing.

Deze zogenaamde Wlz-indiceerbaren kunnen in 2015 en 2016 aanspraak blijven maken op de zorg die zij vóór 2015 kregen. Dit is het overgangsrecht.

Personen die bijdrageplichtige zorg gebruiken met leveringsvorm zin verblijf, zin vpt of pgb op basis van één van de subsidieregelingen (subsidieregeling eerstelijnsverblijf (ELV)’, ‘subsidieregeling algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL)’ en ‘subsidieregeling extramurale behandeling (EBH)’) worden buiten beschouwing gelaten.

Van personen die bijdragplichtige zorg gebruiken met leveringsvorm mpt is niet vast te stellen of ze deze zorg uit de Wlz of uit een van de subsidieregelingen ontvangen. Bij gebruik van mpt worden mogelijk een klein aantal personen meegeteld die zorg uit een van de subsidieregelingen ontvangen. Bij de selectie van personen die gebruik maken van mpt in 2015 zijn gegevens over de eerste zorgweek van dat jaar buiten beschouwing gelaten.

Door de overgang van de AWBZ op de Wlz wijkt de administratie in deze zorgweek af van de administratie in de overige zorgweken. Voor verslagjaren vanaf 2016 geldt deze uitsluiting niet.

Omdat jongeren tot 18 jaar geen eigen bijdrage hoeven te betalen, behoren zij niet tot de doelpopulatie voor de gebruikcijfers.

Voor de jaarcijfers betreft het uitsluitend personen die gedurende het verslagjaar of op de peildatum in de Basisregistratie Persoonsgegevens (BRP) staan ingeschreven.

Peildatum jaar is de 2e vrijdag van november.

Statistische eenheid

Personen.

Aanvang onderzoek

2015, het jaar dat de Wlz is ingevoerd.

Frequentie

Jaarlijks.

Publicatiestrategie

Voor de jaarcijfers wordt er gestreefd naar de zogenaamde 1-op-1 publicatienorm, waarbij de tijd tussen het einde van de verslagperiode en publicatie van de gegevens niet langer is dan de verslagperiode zelf. Dit betekent dat jaarcijfers uiterlijk 12 maanden na afloop van het jaar worden gepubliceerd. De cijfers over het meest recente verslagjaar worden als voorlopige cijfers gepubliceerd. Tegelijkertijd worden de voorlopige cijfers van het voorgaande jaar definitief.

Vanwege de invoering van de Hervorming Langdurige Zorg op 1 januari 2015 en de bijkomende wijzigingen in de zorgadministraties valt de publicatie van gegevens over 2015 en 2016 samen. Het betreft hier voorlopige cijfers die bij publicatie van de cijfers over 2017 definitief worden. Bovenstaande is een eenmalige afwijking ten opzichte van de publicatiestrategie.

Hoe wordt het uitgevoerd

Soort onderzoek

Registratiegegevens.

Waarnemingsmethode

Gegevens uit de registraties van het CAK worden elektronisch aan het CBS geleverd. De bestanden zijn op basis van het Burgerservicenummer nagenoeg volledig gekoppeld met de BRP.

Berichtgevers

De gegevens over het gebruik van Wlz-zorg zijn afkomstig van het CAK. Deze organisatie is onder andere verantwoordelijk voor de administratie en registratie van de eigenbijdrageregeling Wlz en de uitvoering van de eigenbijdrageregeling Wmo.

Steekproefomvang

Geen steekproef. De gegevens van het CAK betreffen vanaf 2015 een integrale registratie van alle personen van 18 jaar of ouder die zorg hebben ontvangen waarvoor een eigen bijdrage betaald moet worden en waarvan de kosten ten laste van de Wlz komen.

Controle- en correctiemethoden

De gegevens van het CAK zijn door het CBS beoordeeld op volledigheid, plausibiliteit en consistentie. De bestanden zijn van jaar op jaar vergeleken. Er zijn enkele correcties uitgevoerd, waaronder correcties voor dubbeltellingen en overlappende zorgperioden. Ook zijn bij de gegevens van het CAK de personen verwijderd die in het verslagjaar jonger zijn dan 18 jaar. Bij de jaarcijfers zijn tevens personen verwijderd die in het verslagjaar of op de peildatum niet ingeschreven staan in de BRP.

Weging

De gegevens worden niet gewogen of opgehoogd omdat er geen sprake is van steekproef gegevens.

Nauwkeurigheid

De nauwkeurigheid van de statistiek is in de eerste plaats afhankelijk van de nauwkeurigheid van de registraties. De registratie van gebruik van Wlz-zorg die het CBS van het CAK ontvangt is integraal voor personen van 18 jaar en ouder.

Naast de nauwkeurigheid van de registraties speelt ook de kwaliteit van de koppeling met de BRP een rol. De gegevens van het CAK worden met de BRP gekoppeld. Hierdoor is het mogelijk om uitspraken te doen over de demografische en socio-economische kenmerken van de personen met gebruik van zorg. Bovendien is hierdoor de koppeling tussen de bestanden van het CIZ en CAK mogelijk. Personen die niet terug te vinden zijn in de BRP worden niet meegenomen in de jaarcijfers.

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

De statistiek begint met verslagjaar 2015, het jaar dat de Wlz is ingevoerd.

De populatie die Wlz-zorg in natura ontvangt met verblijf komt grotendeels overeen met de populatie die tot 2014 zorg met verblijf ontving die gefinancierd werd uit de AWBZ.

In 2015 zijn personen met gebruik van zorg met leveringsvorm vpt niet eenduidig geregistreerd. Een deel van de personen met vpt is geregistreerd onder leveringsvorm vpt, een deel onder leveringsvorm Wlz-zorg met verblijf. Personen geregistreerd onder leveringsvorm vpt worden in 2015 meegeteld bij Wlz-zorg met verblijf. Cijfers over het aantal, aandeel en de zorgdagen van personen met leveringsvorm vpt zijn in 2015 onbekend.

De volgtijdelijke vergelijkbaarheid is daarnaast afhankelijk van beleidskeuzes; zo zijn bijvoorbeeld in 2016 en 2017 begeleiding en dagactiviteit vanuit een MPT niet bijdrageplichtig.

Beschrijving kwaliteitsstrategie

De cijfers worden pas gepubliceerd nadat deze zijn beoordeeld op plausibiliteit, en eventueel na correctie, voldoende plausibel zijn bevonden.

Om de plausibiliteit van de uitkomsten vast te stellen zijn de volgende controles uitgevoerd:

  • Tijdreeksanalyse: hoe zijn de ontwikkelingen in de tijd.
  • Kengetallenanalyse: wat is de verhouding tussen de variabelen, bijvoorbeeld is het totaal groter dan de afzonderlijke aantallen, is het totaal gelijk aan de som van mannen en vrouwen.
  • Vergelijking met data van CIZ, Vektis, NZa en SVB.
  • Vergelijking met publicaties van CAK en CIZ.

Beoordeling van de kwaliteit is echter lastig omdat de werkelijkheid niet bekend is.