CBS: Langdurige zorg vaker thuis

In 2018 maakten 278 duizend personen gebruik van zorg op grond van de Wet langdurige zorg, 5 procent meer dan bij de invoering van deze wet in 2015. Alleen het aantal cliënten met zorg thuis nam toe, het aantal cliënten met zorg en verblijf daalde juist licht. Dat maakt het CBS bekend op basis van voorlopige cijfers over 2018, ontleend aan de Monitor Langdurige Zorg.

Ouderen, chronisch zieken en gehandicapten die blijvend 24 uur per dag zorg in de nabijheid en/of permanent toezicht nodig hebben, komen in aanmerking voor zorg vanuit de Wet langdurige zorg (Wlz). Dit kan in een instelling zijn, of thuis, bijvoorbeeld in een aangepaste woning. Personen met een psychische stoornis en Wlz-zorg worden in dit artikel niet meegenomen. Het aantal Wlz-cliënten met zorg thuis was in 2018 23 procent hoger dan in 2015, het nam toe van 65 duizend naar 80 duizend. Een grotere groep ontvangt Wlz-zorg met verblijf in een instelling. De omvang van deze groep is met 198 duizend personen iets kleiner dan in 2015. Het aandeel cliënten dat de zorg thuis ontving, nam hiermee toe van 24 procent van alle cliënten in 2015, naar 29 procent in 2018.

Cliënten met langdurige zorg (Wlz) x 1000

Cliënten met langdurige zorg (Wlz) x 1000
JaarVerblijf in zorginstellingZorg thuis
2015200,864,8
2016198,968,6
2017195,672
2018*198,479,7

* voorlopige cijfers

Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek Brontabel als csv (111 bytes)

Meer zorg thuis bij verstandelijke handicap of psychogeriatrische aandoening

De stijging van het aantal Wlz-cliënten dat zorg thuis krijgt, zit vooral bij cliënten met zorg voor een verstandelijke handicap of een psychogeriatrische aandoening. Een psychogeriatrische aandoening is een aandoening aan de hersenen die verband heeft met ouderdom, zoals dementie. In 2018 kregen 46 duizend mensen met een verstandelijke handicap zorg thuis op grond van de Wlz, in 2015 waren dat er nog 37 duizend. Het aantal psychogeriatrische cliënten nam in die periode toe van 14 duizend tot 22 duizend.

Wlz-cliënten met zorg thuis (x 1000)

Wlz-cliënten met zorg thuis (x 1000)
Aandoening2018*2015
Verstandelijke handicap45,5737,48
Psychogeriatrische aandoening21,58514,24
Lichamelijke handicap11,93510,83
Somatische aandoening9,5858,22
Zintuiglijke handicap0,850,66

* voorlopige cijfers

Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek Brontabel als csv (207 bytes)

Vooral zwaardere zorg in verzorgings- en verpleeghuizen

In 2018 was 98 procent (118 duizend personen) van de Wlz-zorg in verzorgings- en verpleeghuizen een zwaardere vorm van zorg, in 2015 was dat nog 90 procent (110 duizend personen). Hieronder valt bijvoorbeeld wonen met intensieve begeleiding en uitgebreide verzorging. Het aandeel van de lichtere vormen van zorg, zoals beschut wonen met begeleiding, neemt vanaf de invoering van de Wlz verder af. De personen die lichtere vormen van zorg nodig hebben, ontvangen die via de Zorgverzekeringswet en/of de Wet maatschappelijke ondersteuning als zij niet in aanmerking komen voor zorg op grond van de Wlz.

Wlz-cliënten in verzorgings- en verpleeghuizen (x 1000)

Wlz-cliënten in verzorgings- en verpleeghuizen (x 1000)
JaarZware zorgLichte zorg
2015110,512,1
2016113,48
2017114,15
2018*118,43,1

* voorlopige cijfers

Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek Brontabel als csv (91 bytes)

Toelichting

Wet langdurige zorg

In 2015 is als gevolg van de hervorming langdurige zorg de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) opgedeeld en ondergebracht onder de nieuwe Wet langdurige zorg (Wlz), en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo, vanaf 2015 Wmo2015), de Zorgverzekeringswet en de Jeugdwet. Personen die permanent toezicht of 24 uur per dag zorg in hun nabijheid nodig hebben komen in aanmerking voor zorg vanuit de Wet langdurige zorg (Wlz).
Binnen de Wlz kan zorg zowel in een instelling met verblijf geleverd worden als thuis. ‘Thuis’ omvat hier ook een aanleunwoning, aangepaste woning of geclusterde woning die de verzekerde zelf huurt of waar hij eigenaar van is.

GGZ niet meegenomen

Verblijf met behandeling van mensen met een psychische stoornis (geestelijke gezondheidszorg (GGZ)) valt pas na 3 jaar onder de Wlz. Gezien de aparte positie van de GGZ in de Wlz en de vergelijkbaarheid van de cijfers over de Wlz in de tijd zijn personen die gebruikmaken van GGZ niet
meegenomen in de cijfers voor dit artikel.

Wlz-cliënten

Het aantal Wlz-cliënten betreft het aantal personen dat op peildatum een indicatie voor Wlz-zorg heeft van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) en Wlz-zorg hebben afgenomen. Het gaat om gebruik van Wlz-zorg in natura zoals geregistreerd door Vektis, op basis van de goedgekeurde declaraties die Vektis ontvangt van de Wlz-zorgkantoren. Daarnaast gaat het om gebruik van Wlz-zorg gefinancierd vanuit een persoonsgebonden budget (pgb) zoals geregistreerd door de SVB, op basis van de door de SVB goedgekeurde declaraties vanuit de pgb's. In de cijfers voor dit artikel zijn personen die gebruikmaken van GGZ niet meegenomen, zie toelichting van de Wlz.

Zorg thuis

Zorg thuis omvat de leveringsvormen modulair pakket thuis, volledig pakket thuis en persoonsgebonden budget.

Aandoening

Reden waardoor iemand bepaalde activiteiten niet zelfstandig kan verrichten maar hierbij hulp nodig heeft.

Vorm van zorg

Lichte en zware zorg wordt ingedeeld op basis van zorgzwaartepakketten (zzp)/zorgprofielen. De zorg in een zorgzwaartepakket betreft het hele pakket van wonen, zorg en diensten dat nodig is omdat een cliënt 24 uur per dag zorg in de nabijheid en/of permanent toezicht nodig heeft.
Onder lichte zorg in de verpleging en verzorging, zoals beschut wonen met begeleiding, verstaan we in dit artikel zzp VV1 tot en met 3. Onder zware zorg in de verpleging en verzorging, zoals wonen met intensieve begeleiding en uitgebreide verzorging, verstaan we zzp VV4 tot en met 10.